Over ons

Twee kuddes

Wij zijn twee broers afkomstig uit Kortijk (België) aan de Leie met een schapenfokkerij in België. De naam van onze fokkerij de Leieburgh verwijst naar enerzijds de Leie die door onze geboortestad stroomt en anderzijds onze familienaam 'Verburgh'. 

Onze familiekudde bestaat uit 2 delen: Het ene deel van de schapen wordt voorlopig nog in Kortrijk gehouden, dit deel verhuist vermoedelijk de komende jaren naar de regio tussen Oudenaarde en Gavere. Dit deel begraast rijke weides op vette Kortrijkse kleigrond. 

Het andere deel begraast afwisselend verschillende weides in de Druivenstreek tussen Brussel en Leuven. Hier gaat het om iets armere weides in Sterrebeek en Duisburg met ook wat bramen, struiken en bomen op. Er worden ook twee kleine fruitboomgaarden begraasd in Tervuren en Overijse. 

Twee doelen

Vanuit onze beroepen van arts en ingenieur architect proberen wij bij onze fokkerij te streven naar zowel gezondere, sterkere dieren en mooiere, verbeterde dieren. De doorgedreven selectie op gezondheid en ons weidemanagement reduceert drastisch de nood aan medicatie bij onze dieren. Het gaat om een nagenoeg 'biologische' vorm van schapenhouderij.

Bij de begrazing worden de terreinen proper gehouden maar is er toch oog voor de natuur. Er wordt getracht de biodiversiteit aan weidebloemen hoger te houden dan door maaien bekomen kan worden. Dit gebeurt evenwel zonder de boel te laten verwilderen. De verspreiding van bramen wordt een halt toegeroepen door de schapen maar ze worden niet radicaal verwijderd. Dit biedt voor de lokale fauna een toevluchtoord. Netels worden in het najaar afgegraasd en in de zomer handmatig gemaaid met het uitsparen van enkele bosjes waar de dagpauwoog rupsen/vlinder kan ontwikkelen. Bijvoederen van de schapen wordt hoofdzakelijk beperkt tot hooi tijdens de wintermaanden. Dit zorgt dat de stikstofhoeveelheid in de grond niet verder toeneemt wat de groei van netels en distels beperkt.

Deel van de kudde in Kortrijk (september, 2023).

In den beginne

We groeiden op naast een hoeve van een gepensioneerde veehandelaar en droegen van kinds af aan bij aan de zorg van allerhande klein- en grootvee. Met der tijd beslisten we mee over het beslag en werden dat vooral schapen.  Wij hebben inmiddels ruim 20 jaar ervaring met schapenhouderij (sinds 2003). We begonnen met enkele bekende rassen zoals het Zwartbles schaap en de Franse Texel. Vervolgens enkele 'stoere' gehoornde rassen zoals de Schotse Hebrideans, Manx Loaghtan en het Soay schaap. Daarna fokten we ook meer zuiderse zelfruiende sier-rassen zoals de Europese Moeflon en  het West-Afrikaanse dwergschaap, ook wel beter bekend als het Kameroen schaap (officieel Djallonké). Het kruisen van deze rassen was soms ook fascinerend om te zien wat voor nafok dat gaf en leerde ons veel over de overerving/genetica van bepaalde kenmerken en gevoeligheden bij schapen.

Waarom Wiltshire Horn?

In 2013 kochten wij onze eerste Wiltshire Horn ram dewelke ingezet werd op onze toenmalige schapen. De kruisingen daaruit waren zo mooi en zulk een sterke dieren met een aanhankelijk karakter.  Hij heeft bijgevolg enkele jaren goed zijn werk gedaan. Vooral qua gezondheid deden zij het stukken beter dan de ons toen bekende 'klassieke' vleesrassen.

De kruisingen maakten geleidelijk plaats voor de stamboek schapenfokkerij. De vonk voor de raszuivere Wiltshire Horn is volledig overgeslagen in 2017 na een bezoekje aan Jozef en Katelijne hun de fokkerij d'Heerewei. Daarvan kwam in 2018 dan ook onze eerste KHV stamboek dekram 'Kastor van d'Heerewei'. Met 2 ooilammeren erbij was de basis gelegd. Een jaar later kwamen er nog een ram 'Lance van 't Roth' en enkele ervaren ooien bij.

Corneel en Victor met de jaarling ram 'Lance van 't Roth' (2019).

Corneel met 3 maanden oud lam 'Inka' (2022).

Ervaring met het ras

Vier jaar later (2021) bestond onze kudde nog uitsluitend uit stamboek Wiltshire Horn schapen en we hebben hiervan nog geen moment spijt gehad. We exporteerden in 2019 én 2020 reeds een aantal rammen naar Duitsland en Frankrijk waarvoor onze kudde destijds bemonsterd negatief bevonden werd voor zwoegerziekte. 

Ondertussen importeerden we in november 2021 samen met Karel en Sofie van 't Wafelhofje' gezamenlijk 4 dieren met nieuwe bloedlijnen van directe Engelse afkomst via Nederland (Drenthse Aa; Daniel Knoop). Een tweede import in juli 2023 voegde nog eens 6 nieuwe ooien toe aan onze kudde vanuit diezelfde Nederlandse fokkerij met een gemeenschappelijke visie over schapen. 

De 8 geïmporteerde dieren in onze kudde zijn vooral dieren met mannelijke bloedlijnen van de Engelse Boxes (Davies), Croydebay (J. Ingleby) en Ventonglidder (Dr Burke Jean) flocks. Enkele van de geïmporteerde dieren zijn in de vrouwelijke lijn afkomstig deels uit de laatste dieren van de Nierveer kudde (Marianne Simons-Sebregts) en vooral ook uit de bekende Groote Haar (Silvia Bouwman) kudde. Deze laatste was de eerste stamboek Wiltshire Horn kudde op het vasteland en is gebaseerd op de Engelse Gedwydd (Iolo Owen), Lawford (J. Jeyes), Pertwood en Pewsey (J. Wallis) fokkerijen. 

Onze gecombineerde kudde telt momenteel (najaar 2023) 16 fok-ooien en 3 dek-rammen. Na het lammeren in het voorjaar groeit dat aantal meestal aan tot een 40-tal dieren. Bekijk onze kudde hier.

Kudde deel in Tervuren, natuurbegrazing. Na het malse gras volgen de netels en bramen. (2024)

Deel van de ooien in Tervuren tijdens dekseizoen (Oktober 2023).

De dichte korte wollaag in de winter maakt de Wiltshire Horn toch goed weerbestendig. (Januari 2024, Sterrebeek).